2023 een topjaar voor kraanvogels
Kraanvogels hebben in 2023 een uitstekend broedseizoen gehad. Er huisden 49 paren in Nederland – een recordaantal – die in totaal 33 jongen grootbrachten. Het succes is vooral te danken aan de natte omstandigheden in Drenthe en Friesland dit voorjaar, als gevolg van flinke regenval. Hun aanwezigheid in Nederlandse natte heide- en hoogveengebieden is het bewijs dat bescherming en natuurherstel lonen. Er broeden steeds meer van deze iconische vogels in Nederland.
Kraanvogelkenner en -beschermer van het eerste uur Herman Feenstra, WetlandWacht van het Fochteloërveen en auteur van het boek Kraanvogels in Nederland, heeft recentelijk samen met Harke Kuipers verslag gedaan van de broedende kraanvogels in ons land. In 2023 telde Nederland 49 paren, 3 meer dan in 2022. De meeste daarvan zaten in Drenthe en Friesland (37 paar). Het Fochteloërveen, het Dwingelderveld en het Drents-Friese Wold vormen de kern van het verspreidingsgebied. Hier zit de helft van alle broedparen in Nederland. Buiten Drenthe en Friesland broedden kleine aantallen in Overijssel en Gelderland en een enkel paar in Brabant en Limburg.
Van zoveel mogelijk paren is het broedsucces onderzocht. Bij de 45 paren die eieren legden kwamen 33 jongen groot. Dat is een hoog aantal vergeleken met andere jaren, dat te danken is aan de overvloedige regenval in het voorjaar van 2023. Ook 2021 en 2022 waren natte voorjaren met een hoog broedsucces, in tegenstelling tot de jaren 2028-2020. Kraanvogels houden van nattigheid. Bovendien leidt veel regen tot minder bezoekers aan de natuurgebieden, waardoor hun broedplaatsen ook minder verstoord werden.
Foto: Vogelbescherming-Jelle de Jong
Profijt van bescherming
Nu ruim 20 jaar broeden de kraanvogels ook in Nederland. Na 2001 steeg het aantal broedparen aanvankelijk langzaam, maar na 2015 sterk. Vestiging en uitbreiding van het aantal is te danken aan de sterk toegenomen populatie in Duitsland. Daar lopen al geruime tijd beschermingsprogramma’s van de broedgebieden en pleisterplaatsen, ingezet door Europese natuurwetgeving in de vorm van het Natura 2000-netwerk. In Nederland heeft de ontwikkeling van grote, natte natuurgebieden zoals het Fochteloërveen en het Dwingelderveld ook gezorgd voor een optimaal klimaat voor onder andere kraanvogels.
Toename niet vanzelfsprekend
Niet alleen in het noorden van Nederland verwacht Vogelbescherming Nederland een toename van het aantal kraanvogels. “Elders in Nederland kunnen zogenoemde ‘klimaatbuffers’ als waterbergingsgebieden en natuurgebieden die verder ‘vernat’ worden kansen bieden voor kraanvogels”, legt Ruud van Beusekom uit. Vogelbescherming wijst erop dat goede bescherming van de huidige broedgebieden noodzakelijk blijft. ‘’De populatie kraanvogels van het Fochteloërveen staat onder druk door de toenemende recreatie en de verstedelijkingsdruk vanuit Assen. Maar ook de lelieteelt in aangrenzende landbouwgebieden vormt voor hen een bedreiging.” Ondanks dit topjaar voor kraanvogels houdt Vogelbescherming vinger aan de pols.
Bron: Vogelbescherming