Syrië: nog veel te onveilig om terug te keren
Honderdduizenden Syrische vluchtelingen dreigen komend jaar terug te moeten naar hun land terwijl geweld, bombardementen en beschietingen hun leven in gevaar brengen. Door de anti-vluchtelingenretoriek, de slechte situatie voor Syriërs in buurlanden en overwinningen van de Syrische regering lijkt er voor de Syriërs weinig anders mogelijk dan om terug te keren naar huis. Dat is echter levensgevaarlijk en kan nog lang niet, stelt een aantal internationale hulporganisaties in het rapport Dangerous Ground: Syria’s refugees face an uncertain future dat vandaag verschijnt.
1,75 miljoen kinderen gaan niet naar school
Onder meer CARE International, Save the Children en Stichting Vluchteling (onderdeel van International Rescue Committee) stellen dat Syrië ondanks de veranderde militaire situatie na bijna zeven jaar oorlog nog altijd instabiel en gevaarlijk is. Bombardementen, beschietingen en booby traps zijn nog steeds aan de orde van de dag, ook in dichtbevolkte gebieden. Daarbij zijn ook scholen het doelwit; door het geweld en de verwoestingen gaan 1,75 miljoen kinderen in het land niet naar school.
2016-2017: Voor elke teruggekeerde vluchteling sloegen drie Syriërs op de vlucht
Uit het rapport blijkt dat het aantal Syriërs dat naar huis terugkeert -voornamelijk in het land zelf- tussen 2016 en 2017 steeg van 560.000 naar 721.000. Maar voor elke teruggekeerde vluchteling sloegen drie Syriërs op de vlucht. Zo’n 2,4 miljoen mensen ontvluchtten hun huizen in de eerste negen maanden van 2017. De VN voorspelt dat dit jaar nog eens 1,5 miljoen mensen in Syrië op de vlucht zullen slaan.
Doordat de situatie voor vluchtelingen in buurlanden verslechtert en andere landen weinig werk maken van herplaatsing, kunnen vluchtelingen gevaarlijker vluchtroutes gaan zoeken of zich gedwongen voelen terug te keren naar huis. Die terugkeer kan echter alleen vrijwillig, veilig en onder bescherming plaatsvinden, stellen de hulporganisaties.
Directeur Pim Kraan van Save the Children: “Kinderen willen niks liever dan naar huis gaan, maar dat kan niet voordat het veilig is. Er vallen nog steeds bommen, scholen en ziekenhuizen worden in puin geschoten. Uit de verhalen van kinderen blijkt dat de jarenlange oorlog diepe psychische wonden heeft geslagen, veel kinderen lijden aan nachtmerries. Als er vrede is moeten de huizen en scholen eerst worden herbouwd voordat er kinderen terug kunnen.”
In het rapport roepen de hulporganisaties daarom op tot meer steun voor vluchtelingen in buurlanden. Die landen hebben zich de afgelopen jaren enorm ingespannen voor de opvang van Syriërs. Directeur Tineke Ceelen: “De druk op de Libanese gastgemeenschap is enorm: ze hebben te maken met snel stijgende huizenprijzen, duurdere levensmiddelen, overvolle klassen en lange wachtrijen bij medische klinieken. Zelfs de lagere waterdruk op de kraan en lagere salarissen zijn de gevolgen van de 1,5 miljoen Syriërs die naar Libanon zijn gevlucht. Wij blijven de Libanese bevolking en de Syrische vluchtelingen daarom steunen in deze zware tijd met medische hulpverlening, juridische ondersteuning, bescherming en onderwijs.”
Directeur Reintje van Haeringen van CARE voegt toe: “Terugkeer is met name ook voor vrouwen en meisjes een gevaar: misbruik en geweld tegen hen is aan de orde van de dag. Mensen moeten een afgewogen keuze voor al dan niet terugkeren kunnen maken, en daarin de nodige ondersteuning krijgen.”
Syrië heropbouwen: een enorme, kostbare taak
Het rapport dat vandaag verschijnt benadrukt dat er een enorme, kostbare taak ligt om het land weer op te bouwen. Bijna de helft van de ontheemden in het zuiden van Syrië meldt dat hun huizen verwoest zijn, in het noordwesten van Syrië stelt één op de vijf vluchtelingen dat hun huis nog intact is. De helft van de gezondheidsfaciliteiten in Syrië is vernietigd of stilgelegd. Eén op de drie scholen is beschadigd, vernietigd of wordt voor andere doeleinden gebruikt.
Het rapport Dangerous Ground: Syria’s refugees face an uncertain future wordt uitgebracht door de Norwegian Refugee Council (NRC), Save the Children, Action Against Hunger, CARE International, de Danish Refugee Council (DRC) en Stichting Vluchteling i.s.m. International Rescue Committee (IRC). Klik hier voor het rapport.
Bron: Stichting Vluchteling, CARE